latent
- la·tent
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘verborgen’ voor het eerst aangetroffen in 1852 [1]
- [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | latent | latenter | latentst |
verbogen | latente | latentere | latentste |
partitief | latents | latenters | - |
latent
- verborgen blijvend
1. sluimerend
- Het woord latent staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "latent" herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "latent" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ latent op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
latent | more latent | most latent |
latent
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
mannelijk | latent | latents |
vrouwelijk | latente | latentes |
- Tegenwoordig deelwoord van het Latijnse werkwoord latere.
latent