verwennen
Vertalingen
verwennen
hätscheln, verhätscheln, verzärteln, verziehen, verwöhnenspoil, coddle, pamper, petdorloter, gâter, choyerيُدَلِّلُrozmazlitforkæleκακομαθαίνωconsentir, malcriarhemmotellarazmazitiviziare甘やかす망치다skjemme bortrozpieszczaćmimarбаловатьskämma bortตามใจşımartmaklàm hư宠溺 (vər'wɛnə(n))werkwoord
enkelvoud onvoltooid verleden tijd verwende , voltooid deelwoord heeft verwend
heel lief, goed, gul enz. zijn (voor iemand) zich lekker laten verwennen De laatste tijd worden we niet verwend met mooi weer.
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.