Jump to content

uitmuntend

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: uit‧munt‧end

Participle

[edit]

uitmuntend

  1. present participle of uitmunten

Adjective

[edit]

uitmuntend (comparative uitmuntender, superlative uitmuntendst)

  1. excellent, of the highest quality
    Synonyms: voortreffelijk, uitstekend, puik
  2. (numismatics) mint, near-perfect

Declension

[edit]
Declension of uitmuntend
uninflected uitmuntend
inflected uitmuntende
comparative uitmuntender
positive comparative superlative
predicative/adverbial uitmuntend uitmuntender het uitmuntendst
het uitmuntendste
indefinite m./f. sing. uitmuntende uitmuntendere uitmuntendste
n. sing. uitmuntend uitmuntender uitmuntendste
plural uitmuntende uitmuntendere uitmuntendste
definite uitmuntende uitmuntendere uitmuntendste
partitive uitmuntends uitmuntenders