Prosper Thuysbaert (1889-1965)

politicus uit België (1889-1965)

Prosper Paul Joseph Marie Léon Thuysbaert (Lokeren, 17 maart 1889 - aldaar, 8 november 1965) was een Belgisch hoogleraar, notaris en politicus voor de Katholieke Partij en vervolgens de CVP.

Prosper Thuysbaert
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Algemeen
Volledige naam Prosper Paul Joseph Marie Léon Thuysbaert
Geboren 17 maart 1889
Geboorteplaats Lokeren
Overleden 8 november 1965
Overlijdensplaats Lokeren
Kieskring Vlag Oost-Vlaanderen Sint-Niklaas
Regio Vlag Vlaanderen Vlaanderen
Land Vlag van België België
Functie Politicus
Hoogleraar
Notaris
Partij Katholieke Partij / CVP
Functies
1921-1936 Provincieraadslid Oost-Vlaanderen
1925-1929 Ondervoorzitter Provincieraad Oost-Vlaanderen
1926-1933 Gemeenteraadslid Lokeren
1926-1933 Schepen Lokeren
1930-1932 Ondervoorzitter Provincieraad Oost-Vlaanderen
1932-1936 Voorzitter Provincieraad Oost-Vlaanderen
1947-1959 Gemeenteraadslid Lokeren
1947 - 1959 Burgemeester Lokeren
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Onderwijs

Levensloop

bewerken

Thuysbaert was de derde in het gezin met tien kinderen van Prosper Thuysbaert en Irma De Vuyst. Zijn moeder was van 1921 tot aan haar overlijden in 1924 het eerste vrouwelijke gemeenteraadslid in Lokeren.[1] Zijn schoonbroer was Ludovic Moyersoen.

Na lager onderwijs aan het Sint-Lodewijkscollege in Lokeren en middelbaar onderwijs aan het Sint-Jozefscollege in Aalst, studeerde Thuysbaert van 1907 tot 1913 aan de Katholieke Universiteit Leuven. Hij promoveerde er tot doctor in de rechten, licentiaat in het notariaat en doctor in de politieke en sociale wetenschappen. Zijn proefschrift voor dit derde diploma, Het Land van Waes. Bijdrage tot de geschiedenis der landelijke bevolking in de XIXe eeuw was het eerste Nederlandstalig proefschrift in de faculteit politieke en sociale wetenschappen. Tijdens zijn studiejaren was hij actief in Vlaamsgezinde studentenmiddens. Hij werd medestichter in 1911 en voorzitter van de studentenvereniging Amicitia. Hij was ook actief in het Vlaamsch Rechtsgenootschap en de Sociale Studiekring. Ook was hij in deze periode geboeid door toneel en bleef dit zijn hele leven. Hij interesseerde zich vooral voor de aansluiting van het Vlaamse toneelleven bij de internationale evoluties. Zo bevorde hij te Lokeren het uitvoeren van toneelwerk van Henri Ghéon, van wie hij verschillende werken vertaalde. Ook was hij vanaf 1923 betrokken bij de artistieke en zakelijke leiding van het Vlaamsche Volkstooneel.

Op 31 augustus 1914 werd hij benoemd tot notaris te Lokeren, een ambt dat hij tot in 1958 uitoefende. Hij werd ondervoorzitter van de Belgische Federatie van notarissen. In 1924 werd Thuysbaert een van de oprichters van de Vlaamse Leergangen en in 1928 huwde hij. uit dit huwelijk kreeg hij vijf kinderen, waaronder Prosper Thuysbaert. In 1933 werd hij tot hoogleraar benoemd en werd hij belast met de cursus fiscaal recht en met enkele praktische vakken in de notariaatsopleiding. In de loop der jaren werd hij een erkend specialist die een betekenisvolle bijdrage leverde voor de vernederlandsing van het rechtsleven en van de notariële praktijk. Ook was hij lid van de Koninklijke Academie van België en corresponderend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten.

Daarnaast werd hij in 1921 verkozen tot provincieraadslid van Oost-Vlaanderen voor de katholieke partij. Van 1925 tot 1932 was hij ondervoorzitter van de provincieraad en van 1932 tot 1936 voorzitter. Hij nam nog deel aan de provincieraadsverkiezingen van 1936, maar nam daarna vrijwel onmiddellijk ontslag. Op lokaal vlak werd Thuysbaert in 1926 verkozen tot gemeenteraadslid te Lokeren en werd onmiddellijk schepen van financiën. In 1933 nam hij uit beide functies ontslag. Hij gaf daarbij zijn verplichtingen als hoogleraar als motief op. Wel bleef hij actief binnen de Katholieke Partij[2] en speelde hij een belangrijke rol in de concentratiebeweging met als doel een hergroepering en bundeling van de rechtse en katholieke politieke krachten, onder andere geïnspireerd door het tijdschrift Nieuw-Vlaanderen (rechts-katholieke concentratie). Zo vond er op 4 oktober 1936 in zijn woning een 'verkennende' ontmoeting plaats met leidende figuren uit onder meer de KVB/KVV (o.a. Edmond Rubbens, Alfons Verbist en Ludovic Moyersoen), Vlaamsche Concentratie (o.a. Paul Sobry en Richard Van Cauteren) en het Verdinaso (o.a. Emiel Thiers). Het VNV was niet officieel vertegenwoordigd (maar o.a. Albert D'Haese was wel aanwezig), evenals Rex-Vlaanderen (die in de personen van Eugène Mertens en Paul De Mont verstek moesten laten gaan).[3][2] Op lokaal vlak (in Lokeren) realiseerde hij in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van 1939 dergelijke concentratielijst tussen de KVV en het VNV onder de noemer Christelijk Vlaamsch Volksblok.[2][4][5]

In 1946 keerde hij naar de gemeentepolitiek terug. De CVP behaalde een absolute meerderheid, met 10 zetels op 17. In april 1947 werd Thuysbaert benoemd tot burgemeester en hij oefende dit mandaat uit tot aan zijn ontslag einde 1959. Hij werd algemeen beoordeeld als een dynamische burgemeester, in het bijzonder wat betreft de economische expansie en de stedenbouwkundige ontwikkeling van Lokeren.

In 1959 verkreeg hij opname in de erfelijke Belgische adel.

Publicaties

bewerken
  • Henri Ghéon in Vlaanderen, Ons Volk Ontwaakt, 1923.
  • Bevordering van de economische activiteit. De mogelijkheden van de plaatselijke besturen, ERV-mededelingen, 1954.
  • Toneelmemoires van Prosper Thuysbaert, De Nieuwe Gids, september 1956.
  • De gemeente en de bevordering van de economische expansie, Politica, 1957.
Voorganger:
Georges Van Winckel
Voorzitter Provincieraad Oost-Vlaanderen
1932-1936
Opvolger:
Edmond Ronse
Voorganger:
Albert Lamborelle
Burgemeester van Lokeren
1947-1959
Opvolger:
Robert De Noos