• nood·kerk
enkelvoud meervoud
naamwoord noodkerk noodkerken
verkleinwoord noodkerkje noodkerkjes

de noodkerkv / m

  1. (bouwkunde) (religie) een gebouw dat tijdelijk gebruikt wordt als kerk zolang men niet de beschikking heeft over een permanent kerkgebouw
    • In de noodkerk is de akoestiek duidelijk minder goed dan in de echte kerk.