• over·all
enkelvoud meervoud
naamwoord overall overalls
verkleinwoord overalletje overalletjes

de overallm

  1. kledingstuk, bestaande uit een aaneengesloten broek en hemd, dat als werkpak of als bovenkleding gedragen wordt.
84 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be