zangvogels
- Geluid: zangvogels (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
- zang·vo·gels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zangvogels | |
verkleinwoord |
de zangvogels mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord zangvogel
- meervoudsvorm als officiële benaming (vogels) een grote orde Passeriformes van de moderne vogels (Aves). Ze vormen de soortenrijkste groep vogels, met zo'n 60% van alle soorten. De zangvogels zijn waarschijnlijk de jongste orde van de vogels en stammen uit het oligoceen of misschien het eoceen
- [2] vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
- [2] zie de categorie: Zangvogels in het Nederlands
- [2] Afrikaanse suikervogels, Amerikaanse gorzen, Amerikaanse zangers, Australische kruipers, Australische vliegenvangers, Australische zangers, babbelaars, bastaardhoningvogels, bladvogels, bonte bosklauwier, boomklevers, boomlopers, borstelkop, boszangers, brilvogels, buidelmezen, buulbuuls, diamantvogels, dikkoppen, dikkoppen en fluiters, diksnavelmezen, doornkruipers, drongo's, echte boomkruipers, elfjes, elfmonarchen, Filipijnse kruipers, geschubde dikkoppen, gorzen, grasmussen, heggenmussen, honingeters, honingzuigers, ifrita's, iora's, irena's, Javaanse struikzanger, kaalkopkraaien, kardinaalachtigen, karekiet, klauwieren, kraaien, krombek, kwikstaarten en piepers, leeuweriken, leldikkoppen, liervogels, lijsters, manakins, mezen, mohoua, monarchen, muggenvangers, mussen, Nieuw-Zeelandse lelvogels, oreoica's, orgelvogels, ossenpikkers, palmtapuiten, paradijspitta's, paradijsvogels, pestvogels, pitta's, pnoepyga, prachtvinken, prieelvogels, roodmaskergraszanger, rotswinterkoningen, rupsvogels, schiffornis, schreeuwvogels, slijknestkraaien, sneeuwgorzen, snijdervogels, spindalis, spitsvogels, spotlijsters, spotvogels, spreeuwen, staartmezen, tangaren, timalia's, tityra, troepialen, vanga's, vinkachtigen, vireo's, vlekkeellijsters, vliegenvangers, waaierstaarten, waterspreeuwen, wevers en verwanten, wielewalen en vijgvogels, winterkoningen, zijdevliegenvangers, zwaluwen
- Het woord zangvogels staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.