machinevermogen
Uiterlijk
- ma·chi·ne·ver·mo·gen
- samenstelling van machine zn en vermogen zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | machinevermogen | machinevermogens |
verkleinwoord | machinevermogentje | machinevermogentjes |
- vermogen van een machine (uitgedrukt in paardenkrachten, kilowatt etc.)
- Het woord 'machinevermogen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.