Naar inhoud springen

zilt

Uit WikiWoordenboek
  • zilt
  • In de betekenis van ‘zout’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1588 [1]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen zilt zilter ziltst
verbogen zilte ziltere ziltste
partitief zilts zilters -

zilt

  1. met een relatief hoog zoutpercentage
    • Zilt water kan op de lange termijn bodem en gewassen ernstige schade toebrengen. 
95 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[2]