greep
Thesaurus
greep:
handgreephandvat, kolf, handel,OpenThesaurus. Distributed under GNU General Public License.
Vertalingen
greep
Griff, Henkel, Nehmen, Stich, Zange, Kupplunggrasp, tongs, carry, clutchfourche, prise, pinces, choix, coup de main, doigté, poignée, position de la main [musique], truc, étau, étreinte, embrayageقَبْضsevřenígrebσυμπλέκτηςembrague, garraskytkinu tuđoj vlastigrinfiaクラッチ클러치kløtsjsprzęgłoembraiagem, garrasвласть внешних обстоятельствkopplingการควบคุมdebriyajvòng kiểm soát陷入某人的控制中 (xrep)zelfstandig naamwoord meervoud grepen
1. keer dat je iets grijpt Hij schudde mijn hand met een stevige greep. een greep in de kassa doen en wegrennen
iets waar je veel succes mee hebt Die oplossing is een gouden greep.
iets gaan begrijpen of beheersen Het is een moeilijk boek, maar ik krijg nu greep op de stof. greep krijgen op de situatie
de macht proberen te krijgen
iets waar je veel succes mee hebt Die oplossing is een gouden greep.
iets gaan begrijpen of beheersen Het is een moeilijk boek, maar ik krijg nu greep op de stof. greep krijgen op de situatie
de macht proberen te krijgen
2. handvat Pas op, de grepen van de pan zijn heet.
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.