Gebruiker:Karmakolle/declaratief
Declaratief, declaratoir, verklarend, aanwijzend: aanduiding/vaststelling van reeds bestaande rechten, te kennen gevend
Vonnis, rechtshandeling, bestuurshandeling en andere contexten
Constitutief/attributief/condemnatoir (het scheppen of vestigen van een rechtstoestand), translatief (rechtsoverdragend), abdicatief
Belgisch recht
[bewerken | brontekst bewerken]- Nalatenschapsverdeling: Het uit onverdeeldheid treden heeft een declaratief karakter, zelfs als het gebeurt met terugwerkende kracht en door toebedeling ten bezwarende titel. Er is een overgang, maar geen vervreemding.
- Asiel: richtlijn 2011/95/EU
- Erkenning van kinderen: declaratief
- Dading: declaratief
- Echtscheiding: constitutief
- Adoptie: constitutief
- Faillisement: 'faillietverklaringen' zijn constitutief
- Ontbinding van overeenkomsten: constitutief
- Erkenning van staten: volgens de meerderheidsopvatting zijn dergelijke erkenningen declaratief: ze constateren dat de constitutieve elementen voor het verwerven van internationale rechtspersoonlijkheid vervuld zijn, maar het bestaan van een staat berust louter op die elementen en is onafhankelijk van de erkenning door andere naties (Art. 3, Convention on Rights and Duties of States of 26 December 1933)
- Oprichting van vennootschappen:
- Uitgeven van wisselbrieven: constitutief
Maritieme literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]Auteurs
[bewerken | brontekst bewerken]- Gaston Duribreux: De laatste visschers (1940) en Tussen duivel en diepzee (1953)
- Karel Jonckheere
- Walfried Chielens: twee romans over Oostendse visserij
- Juul Filliaert: Jan Bart en de IJslandvaarders
- Marie van Dessel-Poot: Van water en wind (1943)
- Daan Inghelram, Walrave's Yde
- Staf Vliegers: Stormwind (1953)
- Maria Jacques: De zee glimlacht niet (1967)
- Domien Sleeckx
- Lode Verhees
- Lode Baekelmans
- Libera Carlier: Zondagslepers en Duel met de tanker
- Flor Vandekerckhove: De smaak van zeewater en Amandine
- Raymond Brulez: Mijn woningen: Het huis te Borgen
- Antoon Vandamme: Stroomtij en Het jaar van de grondzee over de Blankenbergse visserij
- Jan Van Dorp, Flamand des vagues, 1948 (vert. Vlaming hou zee!)
- Fred Germonprez
- Jan Slauerhoff
- Johan van der Woude
- J.M.A. Biesheuvel: Zeeverhalen, 1985
- Pieter Verhoog
- George Haspels
- Jan de Hartog
- Arthur van Schendel
- Klaas van der Geest
- Herman Melville
- Robert Louis Stevenson
- Rudyard Kipling
- Ernest Hemingway
- Joseph Conrad
- Hilaire Belloc
Anthologieën
[bewerken | brontekst bewerken]- Simon Leys, La mer dans la littérature française, 2003
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Margaret Cohen, The novel and the sea, 2010
Aan deze pagina of deze sectie wordt de komende uren of dagen nog druk gewerkt.
Klik op geschiedenis voor de laatste ontwikkelingen.
In het procesrecht is het belang het voordeel dat een eiser kan verkrijgen uit zijn rechtsvordering. Het is een voorwaarde opdat de vordering toelaatbaar zou zijn (pas d'intérêt, pas d'action). Aan welke criteria dit voordeel moet voldoen, verschilt van rechtsstelsel tot rechtsstelsel. Door een tendens naar verruiming komen collectieve belangen meer en meer in aanmerking voor procesvoering.
België
[bewerken | brontekst bewerken]Burgerlijk procesrecht
[bewerken | brontekst bewerken]Een nadere omschrijving van belang is te vinden in het verslag van koninklijk commissaris Charles Van Reepinghen:[1]
- Het belang bestaat in ieder stoffelijk of zedelijk voordeel – effectief maar niet theoretisch – dat de eiser kan trekken uit de vordering die hij instelt op het ogenblik waarop hij ze aanhangig maakt, zelfs zo de erkenning van het recht, de ontleding of de ernst van de schade slechts komt vast te staan op het ogenblik van de uitspraak van het vonnis.
De rechterlijke macht is er niet om consultaties te houden over juridische eventualiteiten, maar om geschillen te beslechten die een daadwerkelijke weerslag hebben op de rechtstoestand van de partijen. Daarom werd doorgaans aangenomen dat de afwezigheid van belang de openbare orde raakt en door de rechter ambtshalve kan worden opgeworpen, tot het Hof van Cassatie in 2007 oordeelde dat dit niet zo was.[2]
Wetgeving
[bewerken | brontekst bewerken]De vereiste van een belang is opgenomen in artikel 17 van het Gerechtelijk Wetboek, dat verder ook hoedanigheid als ontvankelijkheidsvoorwaarde vooropstelt. In 2018 is deze bepaling aangevuld om ook de rechtsvorderingen toe te laten van rechtspersonen die zich inzetten voor de mensenrechten en de fundamentele vrijheden.[3]
Artikel 18 preciseert verder:
- Het belang moet een reeds verkregen en dadelijk belang zijn.
- De rechtsvordering kan worden toegelaten, indien zij, zelfs tot verkrijging van een verklaring van recht, is ingesteld om schending van een ernstig bedreigd recht te voorkomen.
In een aantal bijzondere wetten zijn de regels versoepeld om het verdedigen van een collectief belang op specifieke gebieden toe te laten. Zo kan elke Belg sinds 1911 het beplanten van een industriële grondontginning eisen.[4] Ook kunnen belangenverenigingen sinds 1981 in rechte treden om de toepassing van de Antiracismewet af te dwingen, wanneer dit verband houdt met hun statutaire opdracht.[5] In 1993 kregen ecologische verenigingen het recht in kortgeding op te komen tegen inbreuken op de milieuwetgeving.[6]
Rechtspraak
[bewerken | brontekst bewerken]Het Gerechtelijk Wetboek van 1967 liet bewust ruimte voor een jurisprudentiële invulling van het belang. In het Eikendaehet Hof van Cassatie in 2007 oordeelde dat dit niet zo was.[7]
Publiek procesrecht
[bewerken | brontekst bewerken]Burgers die een overheidsbeslissing willen aanvechten, dienen een belang aan te tonen. Aangezien het publiekrecht geen codificering vergelijkbaar met het Gerechtelijk Wetboek heeft gekend, is de invulling van dat belang voor elk rechtscollege anders.
Berucht is de 'hakbijl' die de Raad van State hanteert. Wettelijk kan een annulatieberoep worden ingediend "door elke partij die doet blijken van een benadeling of een belang".[8] De vaste jurisprudentie van de Raad leest daarin twee voorwaarden: enerzijds moet de verzoeker door de bestreden administratieve rechtshandeling een persoonlijk, rechtstreeks, zeker, actueel en wettig nadeel lijden, anderzijds moet de nietigverklaring van die rechtshandeling hem een direct en persoonlijk voordeel verschaffen, hoe miniem ook. https://www.my.stibbe.com/mystibbe/blog-be/raad-van-state-versoepelt-zijn-toegangsvereiste-actueel-belang
Behalve regeringen en parlementsvoorzitters kan "iedere natuurlijke of rechtspersoon die doet blijken van een belang" een annuleringsberoep instellen bij het Grondwettelijk Hof.[9] Volgens het Hof moeten de eisers daarvoor aantonen dat ze persoonlijk, rechtstreeks en ongunstig kunnen worden geraakt door de bestreden norm. Aan het persoonlijk karakter wordt ook voldaan door een rechtspersoon die statutair een collectief belang behartigt, mits er "een voldoende band tussen dat maatschappelijk doel en de aangevochten bepalingen" bestaat.[10] Wat niet wordt aanvaard, is dat een rechtspersoon zijn maatschappelijk doel zou laten samenvallen met het algemeen belang als zodanig.
Internationale rechtbanken
[bewerken | brontekst bewerken]De internationale rechtsorde kende lange tijd geen rechtbanken, en toen die er kwamen waren ze voorbehouden aan staten. Verdragen kenden geen rechten met directe werking toe aan burgers, waardoor individuen geen belang konden aantonen voor een internationale rechtbank. Daar kwam voor het eerst verandering in met de oprichting van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in 1959. Aanvankelijk hadden belanghebbende individuen enkel toegang tot het hof als ze daartoe door hun land waren gerechtigd en voor zover hun eis niet naar het Ministercomité werd verwezen, maar in 1998 werden deze beperkingen opgeheven.
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]- Belanghebbende (recht): over het Nederlandse bestuursprocesrecht
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Stefaan Voet, "Belang (en hoedanigheid) als voorwaarde(n) van de burgerlijke rechtsvordering: een update en knelpunten inzake collectief procederen", in: Vlaamse Conferentie bij de Balie te Gent (ed.), Actualia gerechtelijk recht, 2008, p. 85-139
- Joost Verlinden, Het belang als ontvankelijkheidsvoorwaarde voor de rechtsvordering (Art. 17 en 18 Gerechtelijk Wetboek) , in: Jura Falconis, 1987-88, p. 19-59
Voetnoten
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ Verslag van de Heer Charles Van Reepinghen, Parl.St. Senaat, 1963-64, nr. 60, p. 23
- ↑ Cass. 22 februari 2007, Journal des Tribunaux, 2007, p. 482 e.v., noot Jean-François Van Drooghenbroeck
- ↑ Artikel 137 van de Wet van 21 december 2018 houdende diverse bepalingen betreffende justitie
- ↑ Artikel 2 van de Wet van 12 augustus 1911 tot behoud van de schoonheid der landschappen
- ↑ Artikel 32 van de Wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme en xenofobie ingegeven daden
- ↑ Wet van 12 januari 1993 betreffende een vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu
- ↑ Cass. 22 februari 2007, Journal des Tribunaux, 2007, p. 482 e.v., noot Jean-François Van Drooghenbroeck
- ↑ Artikel 19, eerste lid van de gecoördineerde wetten op de Raad van State
- ↑ Artikel 2, 2° van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof. Zie ook artikel 142, derde lid van de Grondwet.
- ↑ Arbitragehof, 7 februari 2001
[[Categorie:Procesrecht] [[Categorie:Juridische terminologie]