Alois Neidhardt
Alois Neidhardt (ook: Neidhart, Aloys Neydhart en Alajosnak Neydhardt) (Matzen (Neder-Oostenrijk), 24 april 1856 – aldaar, 4 augustus 1935) was een Oostenrijks componist, militaire kapelmeester en bugelist.
Levensloop
[bewerken | brontekst bewerken]Neidhardt heeft muziek studeert bij Carl Michael Ziehrer. Van 1875 tot 1878 was hij bugelist lid van de militaire muziekkapel van het Infanterie-Regiment nr. 50. In 1880 wisselde hij naar de Militaire muziekkapel van het k. en k. Hongaars Infanterie-Regiment nr. 34, waar hij tot 1885 bleef. Vervolgens was hij tot 1895 bugelist in de militaire muziekkapel van het Infanterie-Regiment "Hoch- und Deutschmeister" nr. 4 te Wenen. Nadat hij zijn kapelmeester diploma behaald had werd hij in 1895 tot dirigent benoemd van de Militaire muziekkapel van het k. en k. Hongaars Infanterie-Regiment nr. 34 in Košice, toen nog Kaschau geheten. In deze functie bleef hij tot 1912. Na zijn pensionering ging hij naar Matzen terug en werd daar dirigent van de Erster Matzner Musikverein.
Hij schreef als componist verschillende dansen en marsen voor harmonieorkest en liederen.
Composities
[bewerken | brontekst bewerken]Werken voor harmonieorkest
[bewerken | brontekst bewerken]- 34er Ungarischer Defiliermarsch
- Aussi mit die tiefen Tön, mars
- Eissport-Walzer
- Éljen a haz (Vaterland hoch)
- Éljen a magyar (Hoch die Ungarn)
- Es gibt nur a Wien!, mars
- "Generalreise" - Regimentsmarsch des k. u. k. ungarischen Infanterie Regiments "Wilhelm I. Kaiser und König von Preußen" Nr. 34[1]
- Grüass di Gott Alt Weanastadt
- Hab'ns a Idee
- Hazei hangok (Heimatklänge)
- Hazei nótak (Heimatweisen)
- Historischer Fest- und Defiliermarsch des k. u. k. Infanterie-Regiments nr. 34
- Juristen-Walzer
- Kronen–Marsch
- Oberst Neuhold-Marsch
- Rheinwogen, wals
- Spanisch-Weanerisch
- Wiener Fiaker, mars
Vocale muziek
[bewerken | brontekst bewerken]Liederen
[bewerken | brontekst bewerken]- Das Lied vom Edelweiss
- Kruzitürken san mir Leut
- Was im Himmel d´Engerln singen!
- Weana Edelknaben
- Zwa von Nummero vier
Bibliografie
[bewerken | brontekst bewerken]- Wolfgang Suppan, Armin Suppan: Das Neue Lexikon des Blasmusikwesens, 4. Auflage, Freiburg-Tiengen, Blasmusikverlag Schulz GmbH, 1994, ISBN 3-923058-07-1
- Paul E. Bierley, William H. Rehrig: The heritage encyclopedia of band music : composers and their music, Westerville, Ohio: Integrity Press, 1991, ISBN 0-918048-08-7
- Robert Rohr: Unser klingendes Erbe : Beiträge zur Musikgeschichte der Deutschen und ihrer Nachbarn in und aus Südosteuropa unter besonderer Berücksichtigung der Donauschwaben von den Anfängen bis 1918, Passau: Verlag Passavia, 1988.
- Pal Karch: Pest-Buda katonazeneje 1848-Ban, Budapest: Kozzeteszi az MTA Zenetudomanyi Intezet, 1983.
- Emil Rameis: Die österreichische Militärmusik von ihren Anfängen bis zum Jahre 1918. Ergänzt u. bearb. v. Eugen Brixel. - Tutzing 1976. 208 S., 4 Bl. Abb. (Alta musica 2). ISBN 3-795-20174-8 ISBN 978-3-795-20174-6
- Franz Pazdírek: Universal Handbuch der Musikliteratur aller Zeiten und Völker, Wien: Pazdírek & Co., 1904-1910. 19 vols. Repr. Hilversum 1967.
- Josef Damánski: Die Militär-Kapellmeister Österreich Ungarns - Illustriertes biographisches Lexikon, Leipzig, Paltur, 1904. 144 p.
- Dr. Jana Lengová: Der Militärkapellmeister Alois Neidhart, Josef Franz Wagners Zeitgenosse aus Niederösterreich
Media
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ Generalreise. Gearchiveerd op 15 augustus 2019.