Christian Cannabich
Christian Cannabich | ||||
---|---|---|---|---|
(Johann) Christian Cannabich
| ||||
Algemene informatie | ||||
Volledige naam | Johann Christian Innocenz Bonaventura Cannabich | |||
Geboren | 28 december 1731 (gedoopt) | |||
Geboorteplaats | Mannheim | |||
Overleden | 20 januari 1798 | |||
Overlijdensplaats | Frankfurt am Main | |||
Land | Duitsland | |||
Werk | ||||
Genre(s) | Barok | |||
Beroep | Componist, dirigent, violist | |||
Instrument(en) | viool | |||
(en) AllMusic-profiel (en) Discogs-profiel (en) MusicBrainz-profiel | ||||
|
Johann Christian Innocenz Bonaventura Cannabich (ook: Canabich) (Mannheim, gedoopt 28 december 1731 – Frankfurt am Main, 20 januari 1798) was een Duits componist, dirigent en violist. Hij behoort tot de belangrijkste leden van de Mannheimer Schule en kan met zijn leraar en voorganger als chef-dirigent van de Mannheimer Hofkapelle Johann Stamitz als wegbereider van de Wiener Klassik (Weens classicisme) beschouwd worden.
Levensloop
[bewerken | brontekst bewerken]Jeugd en opleiding
[bewerken | brontekst bewerken]Christian was de zoon van de componist en fluitist Martin Friedrich Cannabich (ca. 1700-1773). Als opvallend getalenteerd compositie- en vioolleerling van Johann Stamitz werd Cannabich al op 13-jarige leeftijd in de Mannheimer Hofkapelle opgenomen. Al spoedig werd hij een bekend virtuoos. De keurvorst van de Palts, Karel Theodoor van Beieren, stelde hem in staat van 1750 tot 1753 in Italië te studeren, waar hij met Niccolò Jommelli en Giovanni Battista Sammartini werkte. In 1758 werd hij concertmeester en na het overlijden van Stamitz werd hij dirigent van het toen bekendste orkest in Duitsland. De zonen van Johann Stamitz, Carl Stamitz en Anton Stamitz werden zijn leerlingen.
Emancipatie van de blaasinstrumenten
[bewerken | brontekst bewerken]Zijn verdienste in de muziekgeschiedenis is de "ontdekking" en de belangrijke rol van de zelfstandige groepen en combinaties van blazers in de orkestrering van zijn vele symfonieën, balletmuziek en opera's. In vriendschap met Cannabich wist Wolfgang Amadeus Mozart deze verbeteringen meesterlijk te cultiveren.
Huwelijk en uitbreiding van de bekendheid
[bewerken | brontekst bewerken]In 1759 huwde hij Marie Elisabeth de la Motte, die gewerkt had bij de hertogin van Zweibrücken. Met hulp van de contacten van de hertog van Zweibrücken werden de werken van Cannabich in 1764 te Parijs op het podium gebracht en gedurende deze tijd woonde hij in het paleis van de hertog. Bij zijn tweede reis naar Parijs in 1766 kreeg hij de mogelijkheid, zes symfonieën en zes trio's te publiceren. De meeste werken werden in Parijs gepubliceerd. Tijdens een later bezoek aan de Franse hoofdstad speelde hij als solist bij het «Concert Spirituel».
Aan het hof te München
[bewerken | brontekst bewerken]Nadat de keurvorst van de Palts tot hertog Karel Theodoor van Beieren benoemd werd en zijn ambt vanuit München vervulde, kreeg Cannabich ook de leiding van de instrumentale muziek in München toebedeeld. Mozart woonde in München een tijd bij Cannabich in, gaf diens dochter Rosa pianoles en droeg zijn Sonate KV 309 aan haar op. Mozart schreef over Cannabich: Ehrlicher, braver Mann en bester Direktor. Na 1790 werd zijn salaris tot rond 30% verminderd, daarom maakte hij meerdere concertreizen voor de verbetering van zijn inkomsten.
Als componist schreef Cannabich circa twintig balletten en zeventig symfonieën, verder twee 'symfonies concertantes', vier vioolconcerti, en zeven concerti voor orgel en andere instrumenten.
Cannabich was lid van de Illuminatenorden, een geheime bond, waar hij de naam Pheredor droeg.
Composities (selectie)
[bewerken | brontekst bewerken]Werken voor orkest
[bewerken | brontekst bewerken]- 1778-1779 1. Sinfonia in Es majeur
- Concert D majeur, voor fluit en orkest
- Concert C majeur, voor fluit, hobo, fagot en orkest
- Overture to Il fanatico per gli antichi romani, voor 2 hobo's, 2 trompetten, 2 violen, altviool, cello en contrabas
- Sinfonia concertante in C majeur
- Sinfonia concertante in F majeur
- Sinfonia Bes majeur
- Sinfonie Nr. 22 in C majeur
- Allegro moderato
- Andante con brio
- Un poco presto
- Sinfonie Nr. 47 in G majeur, voor 2 fluiten, 2 hoorns, 2 violen, altviool, cello en contrabas, op. 10, No. 2
- Allegro con spirito
- Andante
- Presto
- Sinfonie Nr. 48 in Bes majeur, voor 2 hobo's, 2 hoorns, 2 violen, altviool, cello en contrabas, op. 10, No. 3
- Allegro non troppo
- Andante
- Tempo di Menuetto
- Sinfonie Nr. 49 in F majeur, voor 2 hobo's, 2 hoorns, 2 violen, altviool, cello en contrabas, op. 10, No. 4
- Allegro spiritoso
- Andante
- Presto ma non troppo
- Sinfonie Nr. 50 in d mineur, voor 2 fluiten, 2 hoorns, 2 violen, altviool, cello en contrabas, op. 10, No. 5
- Allegro non tanto
- Andante con brio
- Presto
- Sinfonie Nr. 51 in D majeur, voor 2 hobo's, 2 hoorns, 2 violen, altviool, cello en contrabas, op. 10, No. 1
- Allegro
- Andante
- Presto non tanto
- Sinfonie Nr. 52 in E majeur, voor 2 fluiten, 2 hoorns, 2 violen, altviool, cello en contrabas, op. 10, No. 6
- Allegro
- Andante
- Allegro non tanto
- Sinfonie Nr. 57 in Es majeur
- Allegro
- Andante
- Allegro
- Sinfonie Nr. 59 in D majeur
- Allegro
- Andante
- Presto
- Sinfonie Nr. 63 in D majeur
- Grave: Allegro
- Andante moderato
- Presto
- Sinfonie Nr. 64 in F majeur
- Allegro
- Andante
- Allegro molto
- Sinfonie Nr. 67 in G majeur
- Allegro
- Andante con moto
- Presto
- Sinfonie Nr. 68 in Bes majeur
- Allegro
- Andante moderato assai
- Allegro vivace
- Sinfonie Nr. 72 in Bes majeur
Muziektheater
[bewerken | brontekst bewerken]Opera's
[bewerken | brontekst bewerken]Voltooid in | titel | aktes | première | libretto |
---|---|---|---|---|
1778 | Azakia | 3 aktes | 1778, Mannheim, Schlosstheater | Christian Friedrich Schwan |
1788 | Le croisée | 1788, Parijs |
Operettes
[bewerken | brontekst bewerken]Voltooid in | titel | aktes | première | libretto |
---|---|---|---|---|
1780 | Elektra | 1 akte | 4 september 1780, Mannheim, Schlosstheater | Baron Carl Theodor von Dahlberg |
Angelika |
Balletten
[bewerken | brontekst bewerken]Voltooid in | titel | aktes | première | libretto | choreografie |
---|---|---|---|---|---|
1758 | Ulisse, roi d'Ithaque | 1 akte | 1758, Mannheim, Schlosstheater[1] | François André Bouqueton | |
1762-1763 | Ceyx et Aleyone | 1 akte | 1762, Mannheim, Schlosstheater | François André Bouqueton | |
1768 | Acis et Galathée | 1768, Kassel, Hoftheater | Étienne Lauchery | ||
1768 | Roland furieux, ou Angélique et Médoe | 1768, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1768-1769 | Rénaud et Armide | 1 akte | 1768, Mannheim, Schlosstheater | François André Bouqueton | |
1769 | Les rendez-vous, ballet de chasse | 1769, Mannheim, Schlosstheater | François André Bouqueton | ||
1772 | Les Mariages Samnistes | 1772, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1772 | Médée et Jason | 2 bedrijven | 1772, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery, naar Odin | |
1772-1773 | La foire de village hessoise | 1772, Schwetzingen | Étienne Lauchery | ||
1774 | Achille, reconnu par Ulisse, dans l'isle de Sycos | 1774, Mannheim, Schlosstheater | |||
1774 | La fête marine ou La recontre imprévue | 1774, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1774 | Les amans protegés par l'amour | 1774, Mannheim, Schlosstheater | |||
1775 | L'amour vainqueur des Amazones | 1775, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1775 | L'embarquement pour Cythère ou Le triomphe de Vénus | 1775, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1775-1776 | Orphée dans l'isle Sirênes | 1776, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1776 | Les incidents favorables à l'amour ou Le double mariage | 1776, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1776 | Palmerin d'Olive | 5 aktes | 1776, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | |
1777 | Les amour de Cortes et Thelaire | 1777, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1778 | La déscente d'Hercule aux enfers | 1778, Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery | ||
1781 | Les meuniers provençaux mogelijk is een reviseerde versie van het ballet: Les rendez-vous des meuniers provençaux op muziek van Schöffer |
1781, Kassel, Hoftheater | Étienne Lauchery | ||
1794 | Cortey et Thelayre | 1794, Berlijn | |||
Les Fêtes du serailles | Mannheim, Schlosstheater | Étienne Lauchery |
Kamermuziek
[bewerken | brontekst bewerken]- 1768 Fluitkwintetten, op. 7, 1 - 6 waaronder:
- -
- -
- Kwintet in e mineur - voor twee dwarsfluiten, viool, altviool, cello en klavecimbel
- Kwintet in G majeur - voor twee dwarsfluiten, viool, altviool en cello
- Kwintet in D majeur - voor dwarsfluit, viool, altviool, twee celli en hamerklavier
- Kwintet in G majeur - voor twee dwarsfluiten, viool, altviool en cello
- Kwintet F majeur, voor twee fluiten (of: fluit en hobo), viool, altviool en cello
- Kwartet Bes majeur, voor hobo, viool, altviool en cello
- Strijkkwartet in e mineur, op. 5 no. 2
- Twaalf duetten, voor viool en altviool
- Zes duetten, voor dwarsfluit en viool
Bibliografie
[bewerken | brontekst bewerken]- Jozef Robijns, Miep Zijlstra: Algemene muziek encyclopedie, Haarlem: De Haan, 1979-1984, ISBN 978-90-228-4930-9
- François-Joseph Fétis: Biographie Universelle des Musiciens et bibliographie générale de la musique, Paris: Firmin-Didot et Cie., 1881-89, 8 vols. Supplement et complement. 2 vols. ISBN 2-845-75049-8; heruitgave 2006, Adamat Media Corporation, ISBN 0-543-98534-2 (paperback); ISBN 0-543-98533-4 (hardcover)
- Sabine Henze-Doehring: Orchester und Orchestersatz in Christian Cannabichs, Mannheimer Sinfonien, in: Ludwig Finscher, Barbel Pelker und Jochen Reutter: Mozart und Mannheim. - Kongressbericht Mannheim 1991, Frankfurt am Main: Peter Lang, 1994, 369 p.
- Nicole Edwina Ivy Baker: Italian Opera at the Court of Mannheim (1758-1770), Los Angeles, Univiversity of California, Los Angeles, Ph.D. dissertation, 1994.
- Chappell White: From Vivaldi to Viotti - A history of the early classical violin concerto, Philadelphia: Kansas State University, 1992, 375 p.
- Paul Edward Corneilson: Opera at Mannheim (1770-1778), University of North Carolina, Ph.D. dissertation, 1992
- Bärbel Pelker: Theateraufführungen und musikalische Akademieen am Hof Carl Theodors in Mannheim: Eine Chronik der Jahre 1742-1777, in: Die Mannheimer Hofkapelle im Zeitalter Carl Theodors, Mannheim, Ludwig Fischer, 1992, pp. 219-259
- Fiona Little: The string quartet at the Oettingen-Wallerstein Court - Ignaz von Beecke and his contemporaries, Vol. 1, New York: Garland, 1989, 371 p.
- Adolph Goldberg, Karl Ventzke: Komponisten, in: Porträts und Biographien hervorragender Flöten-Virtuosen, -Dilettanten und -Komponisten, Reprint d. Ausg. Berlin 1906, Celle: Moeck Verlag, 1987, 124 p., ISBN 978-3875490282
- Enrico Stinchelli: I grandi direttori d'orchestra, Rome: Gremese Editore, 1987
- Walter Salmen, Gabriele Busch-Salmen: Musiker im Porträt, München: C. H. Beck, 1982-1984, 5 Bände p. (I. "Von der Spätantike bis 1600", 1982., 200 S.: ISBN 3-406-08450-8; II. "Das 17. Jahrhundert", 1983., 184 S.: ISBN 3-406-08451-6; III. "Das 18. Jahrhundert", 1983., 186 S.: ISBN 3-406-08452-4; IV. "Das 19. Jahrhundert", 1983., 187 S.: ISBN 3-406-08453-2; V. "Das 20. Jahrhundert", 1984., 191 S.: ISBN 3-406-08454-0)
- Lubov Breit Keefer: Baltimore's music - The haven of the American composer, Baltimore: 1982, 343 p.
- Franz Stieger: Opernlexikon - Teil II: Komponisten. 1, Band A-F, Tutzing: Hans Schneider, 1975-1983, 371 p., ISBN 3-7952-0203-5
- Franz Stieger: Opernlexikon - Teil II: Komponisten. 2, Band G-M, Tutzing: Hans Schneider, 1975-1983, 373-772 p., ISBN 3-7952-0228-0
- Robert Münster: Mozart bearbeitet Cannabich, in: Festschrift Walter Senn zum 70. Geburtstag, München, Erich Egg, 1975, pp. 142-157
- Me. Soutar: Christian Cannabich (1731-1798). - An evalution of his instrumental works, Aberdeen. 1971. dissertation. (Note: "1971/72")
- Marc Honneger: Dictionnaire de la musique, Paris: Bordas, 1970-76
- Zenei lexikon, Budapest: Zenemukiado Vallalat, 1965
- Robert Eitner: Biographisch-bibliographisches Quellenlexikon der Musiker und Musikgelehrten der christlichen Zeitrechnung bis zur Mitte des 19. Jahrhunderts ..., 10 Bde., Graz: Akademische Druck- u. Verlaganstalt, 1959
- Altmann Kellner: Namen- und Sachregister, in: Musikgeschichte des Stiftes Kremsmünster, Kassel: Bärenreiter, 1956, 826 p.
- Joaquín Pena, Higinio Anglés, Miguel Querol Gavalda: Diccionario de la Música LABOR, Barcelona: Editorial Labor, 1954, 2V, 2318P.
- Gösta Morin, Carl-Allan Moberg, Einar Sundström: Sohlmans musiklexikon : nordiskt och allmänt upplagsverk för tonkonst, musikliv och dans, Stockholm: Sohlmans Förlag, (1951-)
- Theodore Baker: Baker's biographical dictionary of musicians, Fourth edition revised and enlarged, New York: G. Schirmer, 1940
- Theodore Baker, Alfred Remy: Baker's biographical dictionary of musicians, Third edition, New York: G. Schirmer, 1919, 1094 p.
- Theodore Baker: Biographical dictionary of musicians, New York: G. Schirmer, 1900, 653 p.
- Carlo Schmidl: Dizionario universale dei musicisti : Supplemento, Milan: Sonzogno, 1938, 806 p.
- Carlo Schmidl: Dizionario universale dei musicisti, Milan: Sonzogno, 1937, 2V p.
- Paul Frank, Wilhelm Altmann: Kurzgefasstes Tonkünstler Lexikon : für Musiker und Freunde der Musik, Regensburg: Gustave Bosse, 1936, 730 p.
- Leon Vallas: Table des Noms Cites, in: Un siecle de musique et de theatre a Lyon (1688-1789), Lyon: 1932, 559 p.
- Rudolf Kloiber: Die dramatischen Ballette von Christian Cannabich. München. Kutzner, 1928. 94 p.
- Edmund Sebastian Joseph van der Straeten: History of the violoncello, the viol da gamba - Their precursors and collateral instruments. - With biographies of all the most eminent players of every country, London: William Reeves, 1915
- Allgemeine Deutsche Biographie, Herausgegeben von der Historischen Commission bei der Königlichen Akademie der Wissenschaften., München; Leipzig: 1912, Band 56: Generalregister
- A. Mason Clarke: A biographical dictionary of fiddlers, including performers on the violoncello and double bass. Containing a sketch of their artistic career. Together with notes of their compositions, London: Wm. Reeves, 1895, 360 p.
- James Duff Brown: Biographical dictionary of musicians. With a bibliography of English writings on music, Paisley, Scotland: A. Gardner, 1886, 637 p.
- David Baptie: A handbook of musical biography, London: W. Morley, 1883, 256 p.
- Ernst Ludwig Gerber: Neues historischbiographisches Lexikon der Tonkünstler, welches Nachrichten von dem Leben und den Werken musikalischer Schriftsteller, berühmter Componisten, Sänger, Maister auf Instrumenten, Orgel- und Instrumentenmacher etc. aus allen Nationen enthält ..., 4 Bde., Leipzig: 1812-14
- Ernst Ludwig Gerber: Historisch-biographisches Lexicon der Tonkünstler, welches Nachrichten von dem Leben und den Werken musikalischer Schriftsteller enthält, Leipzig: 1790-91, 2 Teile.
- Felix Joseph Lipowsky: Baierisches Musik-Lexikon ..., München: 1811
- Hugo Riemann: Sinfonien der Pfalzbayerischen Schule [Mannheimer Symphoniker]. Zweiter Teil, zweite Hälfte. - Christian Cannabich (1731-1798). Karl Stamitz (1746-1801). Franz Beck (1730-1809). Ernst Eichner (1740-1777). Band 15, Jahrgang VIII, Band 2: XV Seiten Text, 179 Seiten Noten.
Referenties
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ Paul Edward Corneilson, Eugene K. Wolf, Floyd K. Grave: Ballet music from the Mannheim court, Part I: Christian Cannabich: Les rendes-vous, ballet de chasse; Georg Joseph Vogler: Les rendez-vous de chasse, ou Les vendanges interrompues par les chasseurs. A-R editions, Inc., 1996, ISBN 0-89579-330-X
Externe link
[bewerken | brontekst bewerken]- (en) Beknopte biografie