Naar inhoud springen

Filips van Egmont

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Filips
1558-1590
Filips van Egmont
Prins van Gavere
Periode 1568 - 1590
Voorganger Lamoraal
Opvolger Lamoraal II
Graaf van Egmont
Periode 1568-1590
Voorganger Lamoraal
Opvolger Lamoraal II
Heer van Purmerend, Purmerland en Ilpendam
Periode 1568 - 1582
Voorganger Lamoraal
Opvolger Staten van Holland en West-Friesland
Vader Lamoraal van Egmont
Moeder Sabina van Beieren
Dynastie Egmont
Loden hartkistjes van Lamoraal, Filips en Karel, Egmontcrypte, Zottegem
Wapenschild van Filips van Egmont in het Grauwzustersklooster, Velzeke
Filips bij zijn benoeming tot Gulden Vliesridder, schildering Ridderzaal kasteel van Gaasbeek

Filips van Egmont (Lahamaide, 1558Ivry, 14 maart 1590) was de vijfde Graaf van Egmont, tweede prins van Gavere, heer van Zottegem, baron van Gaasbeek en twaalfde en laatste heer van Purmerend, Purmerland en Ilpendam. Hij was het zevende kind en de oudste zoon van Lamoraal van Egmont, die in 1568 te Brussel werd onthoofd, en Sabina van Beieren. Filips werd geboren op het kasteel van Lahamaide in Henegouwen. Filips ligt begraven in Hierges. Het hart van Filips wordt tentoongesteld in de 'Egmontkamer' van het stadhuis van Zottegem; het loden hartvormige kistje bevindt zich in de Egmontcrypte van de Onze-Lieve-Vrouw-Hemelvaartkerk.

Na de executie van zijn vader nam Willem van Oranje de voogdij van de jonge prins op zich. Filips werd in 1575 gevangen genomen en voor Rhoda gebracht maar in 1577 weer vrijgelaten uit Spaanse gevangenschap in Lier na het Eeuwig Edict. Op 25 mei 1577 werd hij met grote eer ontvangen in Ninove, Gavere en Zottegem[1]. Filips van Egmont ondertekende mee de Unie van Brussel als afgevaardigde voor Brabant[2] Filips verbrak de band met het kamp van Willem van Oranje en liep over naar het Spaanse kamp (waarschijnlijk ook omdat de Egmonts vanaf de Pacificatie van Gent hun door Spanje aangeslagen bezittingen terugkregen). Op 15 juli 1579 deed hij met vijf compagnieën zijn intrede in Lessen om de stad te verdedigen[3]. Hij veroverde in 1579 diverse steden voor koning Filips II van Spanje (Baasrode (slag om Baasrode), Brussel, Nijvel, Geraardsbergen en Ninove). Hij werd uit dank hiervoor door Filips II benoemd tot ridder in de Orde van het Gulden Vlies en verbleef tot 1580 in Ninove, waar hij op 30 maart krijgsgevangen werd genomen door geuzenleider François de La Noue. Tussen 1580 en 1585 werd hij door het Staatse leger gevangen gehouden, eerst in Gent en daarna in Fort Rammekens. In 1585 werd hij uitgewisseld tegen François de La Noue (die in 1580 door de Spanjaarden gevangen was genomen) en kwam dus vrij[4]. In 1586 werd hij gouverneur van Atrecht. Hij sneuvelde op 24 maart 1590 te Ivry in de strijd tegen koning Hendrik IV van Frankrijk[5].

Filips huwde op 27 september 1579 met Maria van Horne en werd als zodanig ook heer van Heeze[6] en baron van Gaasbeek in 1586. Filips van Egmont was eigenaar van het Brugse Hof Bladelin tot aan zijn dood in 1590.

Na zijn dood werd hij opgevolgd door zijn broer Lamoraal II.

Voorouders van Filips van Egmont
Overgrootouders Jan III van Egmont (1438–1516)
∞ 1484
Magdalena van Werdenburg (1465-1538)
Jacobus II van Luxemburg-Fiennes (1480-1517)

Maria van Brugge-Gruuthuse (1475–)
Johan I van Palts-Simmern (1459-1509)
∞ 1481
Johanna van Nassau-Saarbrücken (1464-1521)
Christoffel I van Baden (1453-1527)

Ottilia van Katzenelnbogen (-1517)
Grootouders Jan IV van Egmont (1499-1528)
∞ 1516
Francisca van Luxemburg (-1557)
Johan II van Palts-Simmern (1492-1557)
∞ 1508
Beatrix van Baden (1492-1535)
Ouders Lamoraal van Egmont (1522-1568)
∞ 1544
Sabina van Palts-Simmern (1528-1578)
Filips van Egmont (1558-1590)
[bewerken | brontekst bewerken]