Naar inhoud springen

Gebruiker:Wickey/biologie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit artikel behandelt de protoctista als groep.
   Voor specifieke soort-informatie: zie het artikel over de betreffende soort.

Protoctista is de taxonomische aanduiding voor een grote groep van uiteenlopende soorten eenvoudig gebouwde organismen. Tot de Protoctista behoren per definitie alle organismen die niet tot de bacteriën, de schimmels, de planten en dedieren behoren. Alle soorten leven in een waterig milieu. Dat kan zijn in zout water, in zoet water, in een vochtige omgeving of als symbiont in de weefsels van een ander organisme (bijvoorbeeld als parasiet).

Protoctista kunnen eencellig of meercellig zijn. De meercellige onderscheiden zich van de planten en dieren, doordat ze geen echte organen hebben. Ze kunnen wel een orgaanachtige structuur hebben, die Thallus worden genoemd.
In evolutionaire zin kunnen de protoctista worden gezien als de schakel tussen enerzijds de bacteriën en anderzijds de planten, dieren en schimmels.

De Protoctista omvatten:

Alle ééncelligen met uitzondering van de archaea en de bacteriën. Daarnaast worden ook de onechte schimmels (waterschimmels, slijmzwammen en slijmnetten) en de algen er toe gerekend.

Daarmee vormen de protista het overgrote deel van dit rijk. Alle protoctista zijn eukaryoot, dus in het bezit van minstens één celkern.

[1] [2] [3] [4]

Evolutionaire ontwikkelingen

[bewerken | brontekst bewerken]

Bij de protoctista kunnen verschillende vormen van evolutie gezien worden. Binnen een soort kan die ontwikkeling ook in omgekeerde richting verlopen. Welke combinatie van ontwikkelingen wordt doorlopen verschilt ook van soort tot soort.

Ontwikkeling van plant tot dier

[bewerken | brontekst bewerken]

Als typisch dierlijke eigenschap geldt beweeglijkheid. Bij de protoctista zien we de vloeiende overgang van "onbeweeglijk" naar beweeglijk.

Plankton :drijvend of zwevend Sporozoen (Apicomplexa): glijdende voortbeweging, met plastiden (apicoplasten=mogelijk rudimentaire chloroplast). Gameten kunnen weer wel motiel zijn. Bijv. Cryptosporidium Amoeben: met schijnvoetjes Ciliophora :met trilharen Bijv. Balantidium coli,

met zweepstaartjes

Ontwikkeling van dier tot plant

[bewerken | brontekst bewerken]

De voedingsstoffen die een organisme nodig heeft om te overleven kunnen worden verkregen door anorganische stoffen om te zetten in organische (autotrofie). Bacteriën of archaea doen dit meestal door middel van een chemische reactie (chemotrofie). Planten doen dit daarentegen met behulp van zonlicht en chlorofyl. Heterotrofe organismen, zoals dieren, hebben geen chlorofyl. Zij verkrijgen hun levensenergie door organische stoffen om te zetten in anorganische. Bij de protoctista treffen we zowel organismen mét als zonder chlorofyl aan. Sommige soorten kunnen zelfs, afhankelijk van de omstandigheden, kiezen tussen fotosynthese en heterotrofe voeding (mixotrofe organismen).


Bijv. de alg Dinobryon, Chlorarachniophyte . Korstmossen: samenwerking alg en schimmel.

Ontwikkeling van eencellige naar meercellige

[bewerken | brontekst bewerken]

protoctista onderscheiden zich van planten door het ontbreken van orgaanweefsels die bestaan uit gedifferentieerde (gespecialiseerde) cellen.
Afzonderlijke ééncelligen kunnen onderling met elkaar tot een netwerk verbonden zijn door het vormen van kolonies (slijmzwammen en algen), waardoor deze protisten het karakter krijgen van een meercellig organisme.

Slijmzwam

Een slijmzwam is een amoebe-achtige eencellige. Een groot aantal individuen vormt een kolonie, waarbij de afzonderlijke cellen samensmelten tot één groot amoebe-achtig wezen. Zo'n kolonie wordt een plasmodium genoemd, een slijmerige massa van protoplasma, waarin de celkernen van de oorspronkelijke individuen rondzweven. De kolonie kruipt rond als één individu en stulpt zich rond de micro-organismen die als voedsel dienen (fagocytose). Deze worden vervolgens geabsorbeerd. Het plasmodium kan zich ook weer opsplitsen in afzonderlijke eencelligen.

Slijmnetten (Labyrinthulomycota) zijn eencelligen die met elkaar verbonden zijn door middel van een netwerk van cytoplasma-draden, waarmee zij zich hechten aan hun voedselbron en deze voorzien van spijsverteringssappen. De afzonderlijke individuen kunnen zich langs de draden voortbewegen. [5]

Choanoflagellaten

[bewerken | brontekst bewerken]

Choanoflagellata zijn flagellaten met één zweepstaartje. Bij een aantal soorten kunnen individuen zich tot een kolonie aaneensluiten en zich gaan gedragen als een meercellig organisme. Evolutionisten zien hierin een mogelijke voorloper van de dieren. [6]

Bij de algen is mooi de ontwikkeling te zien van eencellige tot plant.
Diatomeeën (kiezelwieren) zijn eencelligen zonder flagellen, maar mét chlorophyl. Cryptophyceae zijn eencelligen met flagellen, maar er zijn zowel soorten mét als zonder chlorophyl.

Bij algen uit de orde Volvocales is de eenvoudigste vertegenwoordiger de soort Chlamydomonas. Dit is een eencellige alg met twee zweepstaartjes en één chloroplast. Bij vermeerdering door splitsing ontstaan twee dochtercellen, die als individu blijven voortleven. Bij een aantal soorten kan het delingsproces zich enkele malen herhalen, voordat de oude cel openbreekt en de dochtercellen als individu met een eigen celwand en zweepstaartjes hun eigen weg gaan.


Gonium Vier individuen, of een veelvoud daarvan vormen een kleine kolonie. , Pandorina, Eudorina, Pleodorina en Volvox zijn soorten die Gonium is een eencellige alg met twee zweepstaartjes en een chloroplast. Zij vormen kleine kolonies van vier tot zestien cellen, omhuld door een gelatine-achtig plasma. Volvox is ook zo'n eencellige alg. Meerdere individuen kunnen samen een zeer grote kolonie vormen. Een aantal individuen aan de voorzijde van de kolonie fungeert met lichtgevoelige punten als een soort ogen. Cellen aan de achterzijde zorgen voor de voortbeweging. Weer andere zijn gespecialiseerd in de fotosynthese. Zo gedraagt de kolonie zich als één groot individu. De kolonie plant zich zowel ongeslachtelijk als geslachtelijk voort.

Een bruinwier is een meercellig organisme. Alle samenstellende cellen hebben hun individualiteit verloren en vormen één individu. De reuzekelp kan wel 40 tot 70 meter lang worden. Ondanks wortelachtige of bladachtige structuren is het geen plant, omdat deze thalli uit ongedifferentieerde cellen bestaan.

Aanvankelijk werden de protoctista verdeeld over het plantenrijk en het dierenrijk. De eencelligen met plant-eigenschappen behoren tot de protophyta en die met dier-eigenschappen tot de protozoa. Plantachtige organismen hebben de mogelijkheid tot fotosynthese; dierachtige organismen zijn in staat zich voort te bewegen door middel van trilharen of zweepstaartjes.

Omdat protophyten en de protozoën niet goed zijn onder te brengen bij de planten of de dieren, werden zij tezamen ondergebracht in een eigen rijk protista. Nadat duidelijk werd, dat eenvoudige organismen zoals wieren meercellig kunnen zijn, maar essentiële kenmerken van planten missen, werd het rijk Protista uitgebreid tot het rijk Protoctista.

In de taxonomie kunnen de levende wezens op verschillende manieren ingedeeld worden. De protoctista vormen een uiteenlopende groep van verschillende phylla (stammen of afdelingen). Ze worden in de vele taxonomische systemen dan ook onderscheiden ingedeeld en vaak over verschillende taxa verdeeld. In het systeem van Herbert Copeland worden ze in een eigen rijk gegroepeerd. In de meeste systemen vormen deze soorten echter niet één gezamelijke groep en worden ze over verschillende rijken of domeinen verdeeld. [7] [8]

Tegenwoordig worden organismen steeds meer naar zuivere phylla ingedeeld (monophylistische groepen). Dit gebeurt vooral aan de hand van DNA-onderzoek. De protoctista worden tegenwoordig vaak ingedeeld in de Stramenopilia of Chromosta of


In eerste instantie werden de echte schimmels óók tot de protoctista gerekend, maar later werden deze in een eigen rijk ondergebracht: de Fungi. In tegenstelling tot de Protista bevatten de Protoctista ook een aantal soorten eenvoudige meercellige organismen.

    

Linnaeus
1735
Haeckel
1866
Chatton
1925
Copeland
1938[9]
Whittaker
1969[10]
Woese e.a.
1990[11]
Cavalier-Smith
1998[12]
2 rijken 3 rijken 2 rijken 4 rijken 5 rijken 3 domeinen 6/7 rijken
(niet behandeld)  Protista Prokaryota Monera Monera Bacteria Bacteria
Archaea Archaea
Eukaryota Protoctista Protista Eucarya "Protozoa"
"Chromista"
Vegetabilia Plantae Plantae Plantae Plantae
Fungi Fungi
Animalia Animalia Animalia Animalia Animalia

Afbeeldingen van protoctista

[bewerken | brontekst bewerken]

Deze gallery bevat slechts een kleine selectie uit deze vormrijke groep.

natuurinformatie.nl - Protoctista
[13]

Protista

Categorie:Taxonomie

de:Protoctisten


Pub over Labyrinthulomycetes

http://plantbio.berkeley.edu/~taylor/pmb110/LectureNotes/lecture04/Lect4.PlasmLabyr.pdf

Soorten in Protoctista

[bewerken | brontekst bewerken]

Nach Margulis et al. (1990) werden die Protoctisten in folgende Stämme (Phyla) eingeteilt:

* Rhizopoda
* Haplosporidia
* Paramyxea
* Myxozoa
* Microspora
* Acrasea
* Dictyostelida
* Rhodophyta
* Conjugaphyta
* Xenophyophora
* Cryptophyta
* Glaucocystophyta
* Karyoblastea
* Zoomastigina
* Euglenida
* Chlorarachnida
* Prymnesiophyta
* Raphidophyta
* Eustigmatophyta
* Actinopoda
* Hyphochytriomycota
* Labyrinthulomycota
* Plasmodiophoromycota
* Dinomastigota
* Chrysophyta
* Chytridiomycota
* Plasmodiale Schleimpilze
* Ciliophora
* Granuloreticulosa
* Apicomplexa
* Bacillariophyta
* Chlorophyta
* Oomycota
* Xanthophyta
* Phaeophyta
=============
[bewerken | brontekst bewerken]

http://cat.inist.fr/?aModele=afficheN&cpsidt=3044365


The kingdom Protoctista comprises some 30 phyla, including the eukaryotic anaerobes that permanently lack mitochondria, the

Phylum Archaeprotista, with its three classes :
(i) Archamoebae, e.g., Pelomyxa, Mastigina,
(ii) Metamonada, e.g., Giardia, Pyrsonympha, and
(iii) Parabasalia, e.g., Trichomonas, Calonympha, and the
Phylum Microspora (Microsporidia), e.g., Vairimorpha.

These and all algae, protozoa, labyrinthulids, water molds (oomycota, plasmodiophorans, hyphochytrids, chytrids, etc.) and other eukaryotes excluded from plants, animals and fungi are detailed in the Handbook of Protoctista. The Illustrated Glossary of Protoctista contains descriptions of the morphology and taxonomy of these microorganisms, including the many equivalent and homologous structures with different names.
The Glossary has also been made into a Macintosh-compatible CD-ROM disk. Revue / Journal Title Microbiologia ISSN 0213-4101 Source / Source Congrès BioScience Symposium No1, Madrid , ESPAGNE (04/04/1995) 1996, vol. 12, no1, pp. 29-42 (11 ref.)