Naar inhoud springen

Karel Theodoor in Beieren

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit artikel gaat over de hertog. Voor de gelijknamige keurvorst zie Karel Theodoor van Beieren.
Karel Theodoor in Beieren
1839 - 1909
Karel Theodoor in Beieren
Hertog in Beieren
Periode 1839 - 1909
Geboren 9 augustus 1839
Possenhofen, Koninkrijk Beieren
Overleden 30 november 1909
Kreuth, Duitse Keizerrijk
Vader Maximiliaan Jozef in Beieren
Moeder Ludovika van Beieren
Dynastie Palts-Birkenfeld-Gelnhausen
Broers/zussen Elisabeth, Lodewijk
Partner Sophie van Saksen (1865
Maria José van Bragança
Kinderen Amelie, Sophie Adelheid, Elisabeth, Marie Gabriëlle, Lodewijk Willem, Frans Jozef
Karel Theodoor

Karel Theodoor Hertog in Beieren, bijgenaamd Gäckl (Nederlandse betekenis is haantje) (Possenhofen, 9 augustus 1839 - Kreuth, 30 november 1909) was de vader van de Belgische koningin Elisabeth.

Hij was de derde zoon van Maximiliaan Jozef in Beieren en Ludovika van Beieren, dochter van Maximiliaan I Jozef van Beieren. De Oostenrijkse keizerin Elisabeth (Sisi) was zijn oudere zuster. Hij werd, in opvolging van zijn vader, het hoofd van het hertogelijk huis, in plaats van zijn broer Lodewijk, die van zijn rechten afstand had moeten doen na zijn morganatisch huwelijk met Henriëtte Mendel. Hij was liberaal gezind en trok zich weinig aan van ceremonieel protocol.

Oogheelkundige

[bewerken | brontekst bewerken]

Hij trad eerst toe tot de artillerie, maar wijdde zich al snel daarna aan een medicijnenstudie. Nadat hij deze had afgerond promoveerde de Universiteit München hem tot doctor honoris causa, in de geneeskunde. Door een decreet van de rijkskanselier werd hij bevoegd het beroep van arts uit te oefenen. In zijn privaat ziekenhuis te Munchen hield hij zich voornamelijk bezig met oogheelkunde. Tot aan zijn dood voerde hij persoonlijk meer dan 5000 staar ingrepen bij patienten uit in Munchen. De hertog bekostigde deze ingrepen met zijn eigen kapitaal.[1]

Na zijn dood werd hij bijgezet in het familiegraf in de abdij van Tegernsee, Beieren.

Huwelijk en kinderen

[bewerken | brontekst bewerken]

Op 11 februari 1865 trad hij in het huwelijk met zijn nicht Sophie van Saksen, dochter van Johan van Saksen en Amalia Augusta van Beieren, die echter reeds in 1867 stierf. Ze hadden daarvoor, in 1865 wel samen een dochter gekregen:

Op 29 april 1874 hertrouwde hij met Maria José van Bragança, dochter van Michael I van Portugal. Uit dit huwelijk werden vijf kinderen geboren, die een relatief vrije opvoeding genoten:

onderscheidingen

[bewerken | brontekst bewerken]

De hertog ontving een eredoctoraat van de KUL, en was lid van de Koninklijke Academie van België.

Karel Theodoor in Beieren
Overgrootouders Wilhelm in Beieren (1752–1837)

Maria Anna von der Pfalz-Zweibrücken. (1753–1824)
Lodewijk Maria van Arenberg (1757–1795)

Marie Adélaïde Julie de Mailly-Nesle (1766–1789)
Frederik Michael van Palts-Birkenfeld (1724–1767)

Maria Franziska Dorothea von Pfalz-Sulzbach (1724–1794)
Karel Lodewijk van Baden (1755–1801)

Amalia van Hessen-Darmstadt (1754–1832)
Grootouders Pius August in Beieren (1786-1837)

Amalia Louise van Arenberg (1789–1823)
Maximiliaan I Jozef van Beieren (1756-1825)

Caroline van Baden (1776-1841)
Ouders Maximiliaan Jozef in Beieren (1808–1888)
∞ 1828
Ludovika van Beieren (1808–1892)
Karel Theodoor in Beieren (1839–1909)
[bewerken | brontekst bewerken]

Oogkliniek Hertog Carl-Theodoor in Beieren