Naar inhoud springen

bismak

Uit WikiWoordenboek
  • bi·smak
  • Samenstelling van het Noorse naamwoord smak met het voorvoegsel bi-.

bismak m

  1. bijsmaak
    «Skummet melk synes jeg smaker som farget vann med bismak
    Magere melk, denk ik, smaakt net als gekleurd water met bijsmaak.
  2. (figuurlijk) bijsmaak, zweem
    «Hennes medfølelse hadde en bismak av skadefryd.»
    Haar medelijden had een zweem van leedvermaak.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   bismak     bismaken     bismaker     bismakene  
genitief   bismaks     bismakens     bismakers     bismakenes  


  • bi·smak
  • Samenstelling van het Nynorske naamwoord smak met het voorvoegsel bi-.

bismak m

  1. bijsmaak
  2. (figuurlijk) bijsmaak, zweem
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   bismak     bismaken     bismakar     bismakane  
genitief