bota
Uiterlijk
- IPA: /boːta/
bota
- bo·ta
enkelvoud | meervoud |
---|---|
bota | botas |
bota v
vervoeging van |
---|
botar |
bota
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van botar
- gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van botar
- bota in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española
- bo·ta
- Afgeleid van het Franse botte
bota v
- (kleding) schoen
- (spreektaal) fout
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | bota | boty |
genitief | boty | bot |
datief | botě | botám |
accusatief | botu | boty |
vocatief | boto | boty |
locatief | botě | botách |
instrumentalis | botou | botami |
|
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch / Duits)
bota
- genitief enkelvoud van bot
- accusatief enkelvoud van bot
Categorieën:
- Woorden in het Gotisch
- Woorden in het Gotisch met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Gotisch
- Woorden in het Spaans
- Woorden in het Spaans van lengte 4
- Woorden in het Spaans met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Spaans
- Kleding in het Spaans
- Werkwoordsvorm in het Spaans
- Woorden in het Tsjechisch
- Woorden in het Tsjechisch met IPA-weergave
- Woorden in het Tsjechisch met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Kleding in het Tsjechisch
- Spreektaal in het Tsjechisch
- Vrouwelijk zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Tsjechisch