Naar inhoud springen

colaatjes

Uit WikiWoordenboek
  • co·la·tjes

de colaatjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord cola
     De twee bestelde colaatjes stonden dan ook binnen een mum van tijd op tafel. 'Hou de mensen in de gaten die het hotel verlaten,' zei Jeroen.[1]