forest
Uiterlijk
- Geluid: forest (US) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈfɒrɪst/
- for·est
- Afkomstig van het Latijnse bijwoord foris (= buiten).
enkelvoud | meervoud |
---|---|
forest | forests |
forest
- woud, bos
- «In this forest you can find a variety of warblers.»
- In dit woud kun je een verscheidenheid aan zangers aantreffen.
- «In this forest you can find a variety of warblers.»
- forest aisle
- forest belt
- forest cemetery
- forest dieback
- forest district
- forest floor
- forest nursery
- forest officer
- forest park
- forest preserve
- forestry
- mountain forest
- to miss the forest for the trees
door het bos de bomen niet zien
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to forest |
he/she/it | forests |
verleden tijd | forested |
voltooid deelwoord |
forested |
onvoltooid deelwoord |
foresting |
gebiedende wijs | forest |
forest
- bebossen
- «This region is heavily forested.»
- Dit gebied is dicht bebost.
- «This region is heavily forested.»