jandoedel
Uiterlijk
- jan·doe·del
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jandoedel | jandoedels |
verkleinwoord |
de jandoedel m
- een goedige maar erg domme man
- "Dit is een nadeel van internet", zei de woordvoerder. "Het recept is zo eenvoudig dat elke jandoedel het kan." [2]
- Door een interne computerstoring kon het digitale examen niet opstarten. "Na een uur mochten we van onze plek af om te kletsen. Toen wisten we dat het niet meer doorging", blikt Wesley Huisveld (16), één van de gedupeerden, terug. "Zaten we daar voor jandoedel." [3]
- sterke drank gemaakt van graan
- [1] sul, sufferd, pantoffelheld, janlul, slappeling
- [2] jenever
- Het woord jandoedel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "jandoedel" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Reformatorisch Dagblad 8 maart 2012 Levensgevaarlijk thermite veroorzaakt brand
- ↑ Tubantia E. van Gaalen 23 juli 2015 Slordige scholen duperen examen 800 leerlingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 93 %
- Prevalentie Vlaanderen 54 %