lakooi
Uiterlijk
- la·kooi
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lakooi | lakooien |
verkleinwoord | - | - |
- (plantkunde) benaming voor sierplanten uit het geslacht Matthiola
- Het woord lakooi staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lakooi" herkend door:
11 % | van de Nederlanders; |
19 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ lakooi op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Bennink Janssonius, R.Wel en Wee: zangen der liefde (1839) D.H. van der Scheer, Coevorden; geraadpleegd 2019-11-07
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Plantkunde in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 11 %
- Prevalentie Vlaanderen 19 %