making
Uiterlijk
- ma·king
- Naamwoord van handeling van maken met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | making | makingen makings |
verkleinwoord | makinkje | makinkjes |
- het maken (alleen in samenstellingen)
- (juridisch) testamentaire wilsbeschikking, d.w.z. erfstelling of legaat
- Het woord making staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Geluid: making (VS) (hulp, bestand)
making
- onvoltooid deelwoord van make
making
- gerundium van make
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Juridisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 6
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Werkwoordsvorm in het Engels