Naar inhoud springen

mata

Uit WikiWoordenboek
Een mata met een matastok.
  • ma·ta
enkelvoud meervoud
naamwoord mata mata's
verkleinwoord - -

dematav/m

  1. (kookkunst) (Suriname) houten voorwerp met een uitholling om voedsel fijn te stampen
  2. (muziek) (Suriname) houten voorwerp met een uitholling om voedsel fijn te stampen, gebruikt als slaginstrument
  • ma·ta

mata

  1. (anatomie) oog
  2. (eenheid) gewichtseenheid voor opiaten (één honderdste tahil, 0,386 g opium)

mata

  1. genitief onbepaald mannelijk meervoud van matur

mata

  1. accusatief onbepaald mannelijk meervoud van matur

mata

  1. (anatomie) oog
vervoeging van
matar

mata

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van matar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van matar

[A] mata

  1. mata, stampblok

[B] mata

  1.  deurmat zn 

mata

  1. oog
stamtijd
infinitief verleden
tijd
supinum
mata
matade
matat
volledig

mata

  1. voeden