midzomer
Uiterlijk
- mid·zo·mer
- samenstelling van mid en zomer
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | midzomer | midzomers |
verkleinwoord | midzomertje | midzomertjes |
de midzomer m
- periode van het midden van de zomer
- Het woord midzomer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "midzomer" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be