netwerktheorie
Uiterlijk
- net·werk·the·o·rie
- samenstelling van netwerk en theorie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | netwerktheorie | netwerktheorieën |
verkleinwoord | netwerktheorietje | netwerktheorietjes |
de netwerktheorie v
- (informatica) (wiskunde) (natuurkunde) (elektrotechniek) onderdeel van de grafentheorie dat zich richt op de studie van grafen als vertegenwoordigers van de samenhang binnen de te onderzoeken netwerken
1. onderdeel van de grafentheorie dat zich richt op de studie van grafen als vertegenwoordigers van de samenhang binnen de te onderzoeken netwerken
- Het woord 'netwerktheorie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 14
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Informatica in het Nederlands
- Wiskunde in het Nederlands
- Natuurkunde in het Nederlands
- Elektrotechniek in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal