overdragen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  overdragen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• over·dra·gen

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  over bw  en  dragen ww 

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
overdragen	droeg over	overgedragen
klasse 6	volledig

Werkwoord

overdragen

1. ditransitief in handen van een andere partij geven

   • De verantwoordelijkheid daarvoor werd overgedragen aan de nieuwe beheerder. 

   ▸ De deugden en eigenschappen van deze tweede Nicolaas heeft men echter overgedragen op de eerste en die werd toen de heilige Nicolaas.

Vertalingen

    1.   

Duits: übertragen (de) Engels: transfer (en)

Spaans: transferir (es), trasladar (es)

Gangbaarheid

• Het woord overdragen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "overdragen" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.