tafelrand
Uiterlijk
- ta·fel·rand
- samenstelling van tafel en rand [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tafelrand | tafelranden |
verkleinwoord |
de tafelrand m
- de uiterste grens van een tafelblad
- Evengoed vind ik dit stuk iedere keer als ik het zie aantrekkelijk, het nodigt uit tot kijken (en doet mij het water in de mond lopen). Schilderkunstig zit het prima in elkaar; een ondiepe tafel, daarachter een ondiepe donkere ruimte met centraal een man die de toeschouwer recht aankijkt met een guitig gezicht. Het vlak is gevuld met etenswaren. Op de tafelrand balanceert een stapel spelkaarten, daarnaast enkele geldstukken. Wat heeft dit te betekenen? Zijn al deze wereldlijke geneugten misschien te veel van het goede en verspeel ik mijn kansen wanneer ik er lustig op los leef? We weten het niet. [2]
- Het woord tafelrand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tafelrand" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Wim Pijbes 10 juni 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be