thuisbezorgen
Uiterlijk
- Geluid: thuisbezorgen (hulp, bestand)
- IPA: /tœysbəzɔrɣə(n)/
- thuis·be·zor·gen
- samenstelling van thuis en bezorgen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
thuisbezorgen |
bezorgde thuis |
thuisbezorgd |
zwak -d | volledig |
thuisbezorgen
- ditransitief afleveren aan huis
- Pizza's worden vaak thuisbezorgd.
1. afleveren aan huis
- Het woord thuisbezorgen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 13
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ditransitief werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal