vooronderstellen
Uiterlijk
- voor·on·der·stel·len
- samenstelling van voor bw en onderstellen ww [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vooronderstellen |
vooronderstelde |
voorondersteld |
zwak -d | volledig |
vooronderstellen
- overgankelijk vooraf voor waar aannemen van een stelling om hiermee tot een conclusie te komen
- Verantwoordelijkheid voor eigen gedrag vooronderstelt een zekere keuzevrijheid.
1. vooraf voor waar aannemen van een stelling om hiermee tot een conclusie te komen
- Het woord vooronderstellen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 16
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal