Naar inhoud springen

woensdags

Uit WikiWoordenboek
  • woens·dags
stellend
onverbogen woensdags
verbogen woensdagse
partitief woensdags

woensdags

  1. (tijdrekening) op de woensdag betrekking hebbend
    • Lekker onbezorgd een woensdags terrasje doen in Leuven! 

woensdags

  1. (tijdrekening) op woensdagen
    • We gaan woensdags meestal winkelen. 
78 % van de Nederlanders;
65 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be