Wat hebben antropologie en de films van Paolo Sorrentino gemeen? Beide gaan in hun essentie niet over tijd, maar zijn toch onlosmakelijk verbonden.
Ik ben dankbaar voor Sorrentino's vermogen om zijn tijd te nemen. In Parthenope leert Sorrentino hoe je de pracht ergens van inziet en mag vieren, ook als die pracht in iets lelijks zit, ook als die pracht in iets zit wat altijd al als prachtig bestempeld is. Alsnog moet je wel een verdomd goede filmmaker zijn wil je Napels mooi kunnen maken.